dinsdag 20 december 2011

De Profeet (excerpt2)

De ‘urban jungle’ bestond echt…, maar niet hier. Vaak leek de stad nog veel te klein om er echt in te verdwijnen. Zijn thuisstad was een niemendal in vergelijking met zijn visioen: De Metropool.

Een kunstmatig gecreëerde haven voor de mensheid. Alle dagdagelijkse beslommeringen zouden hier worden opgeheven: de gebetonneerde metropolis bood soelaas. In een urbane omgeving waarin miljoenen mensen op hetzelfde tijdstip in een georchestreerde chaos konden bewegen, daar zou hij tot rust kunnen komen. Hier in dit excuus voor een heimat, miste alles de grootschaligheid van wat hij zichzelf als natuurlijke habitat had toegedicht. Metropolis zou een stad van steden zijn. Waar niemand woonde maar waar iedereen thuis was. Idealiter gelegen op een schiereiland en met grote betonnen en metalen tongen verbonden met het vasteland. Zodat iedereen zeer bewust de stap moet wagen en zodat de stad als door een voortdurend voedende sonde zou aandikken. Metropolis zou een menselijk product zijn. De mens bestaat nu enkel nog dankzij wat hij zelf heeft gecreëerd. Er zou geen behoefte zijn aan groen en bijgevolg geen plaats zijn voor de mensen die vanuit een soort van existentiële leegte hun prehistorische omgeving willen heropwaarderen. Hoe anders dan in zijn allerindividueelste vorm zou een mens tot volledige ontplooiing kunnen komen. Daarvoor heeft de mensheid een nieuw utopia nodig. En dat bestond niet. Althans niet hier. Niet hier waar middelmatigheid wordt gepropageerd door zelfuitgeroepen idolen die zich enkel onderscheiden van de plebejers, omdat ze de enigen zijn die nog bevrediging vinden in het gehoord worden door anderen, zomaar anderen, eender wie eigenlijk. Verachtelijk. In Metropolis was iedereen niemand en net daarom zou er een universele gelijkheid zijn. De grijze massa zou in stilte bewegen doorheen de stenen nestwarmte. Vrijheid in uniformiteit. Vrijheid in creativiteit. Paradoxaal, maar zaligmakend. Wat als niemand zich stoort aan wie je bent. Dan voelen we ons allemaal aanvaard. Niemand oordeelt in Metropolis. Zij die pogen zich te verheffen boven de anderen worden door de stad zelf opgeslokt. Nooit nog wordt er van hen ook maar een woord gehoord. We creëren een nieuwe cultuur, die autonoom de controle overneemt. Zodat niemand nog persoonlijk verantwoordelijk is voor wat anderen doen. Enkel voor zichzelf. En hoe vetter de stad wordt, hoe meer zij uitnodigt om tot rust te komen. Uiteindelijk zou zij over de wereld uitdijen en zo een einde maken aan wat de mens van in het begin om onverklaarbare reden heeft betracht: zichzelf een plek toe te eigenen waar hij meent aanspraak op te hebben. Alsof zijn louter toevallige genetische combinatie overeenstemt met een kloot aarde die op een of andere vreemde deterministische manier zou zijn gereserveerd.

(fragment uit "De Profeet" - de voorbeschreven uitspraken zijn bij monde van een fictief personage.)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten