donderdag 30 april 2020

Drink met mij, Keramos


‘Drink met mij, Keramos’ (cyclus)

1 geboorte / 2 vorming / 3 liefde / 4 verlies van liefde / 5 existentie / 6 stilte / 7 dood

naar werk van An Roovers 






1.


 

Naamloos
trok ik u uit mijn aarde,
in pijn omarmd
als Adams rib.
Getekend met een druppel licht.
Geboren uit een druppel slib.


(cyclus ‘Drink met mij, Keramos’ -  geboorte – bij ‘Untitled’)
 
 


2.



 
Koester kwetsbaar je verlangen
als je vingers strelen langs mijn wang.
Ik zal me bergen in jouw warmte
en beroer mij net zo lang

tot ik
in lijf en ziel verbonden,
in jouw handen één geworden,
uit jouw adem adem vang.


(cyclus ‘Drink met mij, Keramos’ -  vorming – bij zelfportret)



3.



“Ik ga ook die kant op.”,
en nooit opnieuw kwam er een tijd
waarin wij
zij aan zij
lijn aan lijn
niet oneindig evenwijdig zouden zijn.


 (cyclus ‘Drink met mij, Keramos’ -  liefde – bij ‘2 L I N E S’)  



4.


 Twin flame


Bij zonsondergang
zou dat verwoestend brandend vuur
jouw vlam spiegelen aan de mijne.
Geketend aan de rotsen,
gebonden door het lot,
zou ze even snel verdwijnen.

In schemering van vroege nacht
zijn wij eeuwig
gescheiden
lijnen.


(cyclus ‘Drink met mij, Keramos’ -  verlies van liefde – bij ‘2 lignes 2019 (close up)’ )
 




 5.




Mijn existentie relatief
Mijn triviaal bestaan
In die korte tijd
kies ik zelf
waar mijn littekens gaan staan.


 (cyclus ‘Drink met mij, Keramos’ -  existentie  – bij ‘Drawing of 2 lines. Fired’)



6.


Stilte vult leegte
oorverdovend luid.
Op limiet van licht en schaduw,
daar zit jij,
ten voeten uit.


Woordeloos ets ik
jouw stenen lijnen neer.
Vereeuwigd als Venus,
geen heimwee meer, naar

de adem van jouw zucht gevangen op het glas
en hoe mijn woord,
geschilderd op jouw huid,
je laatste liefde was.


(cyclus ‘Drink met mij, Keramos’ -  stilte – bij ‘SILENCE’)

  


7.


Hier.
Twee meter dieper,
waar ik klei geschonken werd,
leg ik je nu neer.
Laat mij je maar bedelven onder zwarte aarde
vanuit mijn gekwetste hand.
De rouwband draag ik voortaan
met me mee in het zwart onder
mijn nagelrand.

 
(cyclus ‘Drink met mij, Keramos’ -  dood – bij ‘One line’)





























 

 

dinsdag 28 april 2020

Wat is het me waard, meer dan stiekeme woorden?


Waar doen we het allemaal voor? Dit alles? This thing called life. I know. Beetje heavy binnenkomer. Het was de rode draad doorheen een podcast van "Under the Skin" die ik onlangs bekeek waarin de eloquente wonderman Russell Brand in gesprek was met cynicus extraordinaire Ricky Gervais. Een ongelooflijk interessant gesprek over de zoektocht naar waarheid en zingeving. Een lange wandeling langs gevaarlijke terreinen als religie, spiritualiteit, wetenschap, ideologie, afkomst, cultuur etc. …. Gevaarlijk omdat, hoewel het alleen woorden en meningen zijn, mensen hun waarheid baseren op de dogma’s van een of meerdere van die gebieden.  Ik ga je de samenvatting van het uurlange gesprek besparen. Bekijk het vooral zelf helemaal als je een uur tijd wil maken. (https://www.youtube.com/watch?v=5Szj5jJeUec)



Maar om een of andere reden resoneren de vraagstukken die de heren opwierpen extra lang na. Het heeft ongetwijfeld te maken met de situatie waarin we ons bevinden, want waarheid en zingeving worden zeer sterk op de proef gesteld tegenwoordig. Collectief voor ons als samenleving, en individueel voor ieder in zijn eigen bubbel, op een manier waar we nog nooit mee geconfronteerd waren. 

Dat mensen op zoek zijn naar waarheid en zingeving is tijdloos. Zoals Gervais zegt: ‘Moraliteit bestond al voor religie”. Moraliteit is de grootst gemene deler van wat kuddedieren bereid zijn na te leven voor het belang van de groep. We conformeren naar een stel regels die we volgen omdat ‘men’ dat nu eenmaal zo vindt horen. Moraliteit is inherent aan menselijke cultuur, maar wel zeer gevoelig aan de dimensies van tijd en ruimte. Elke tijd en elke cultuur heeft haar eigen moraal. Dat maakt moraliteit tot een menselijke fabricaat, het is niet natuurlijk. Het is een onzichtbare hand die het stuur hanteert. Doorheen de geschiedenis hebben mensen uiteraard geprobeerd om een claim of monopolie op moraliteit te leggen, in naam van deze of gene godheid, met de belofte van redemptie en verlossing in het hiernamaals. "Doe wat ik zeg, en je leven zal beloond worden." Die beloning is de zingeving. Alle lijden in het leven zal uiteindelijk zinvol blijken aan de hemelpoort. 

Wij zijn de godheden die aan ons eigen sterfbed zullen oordelen
over hoe zinvol wij ons leven hebben geleefd

Maar wat als je niet gelooft in god en de hemelpoort? Wiens autoriteit vrezen we nog als god verdwijnt? Volstaat de arbitraire moraliteit om ons in de pas te doen lopen? In welke mate staan we toe dat we deel uitmaken van een collectieve verantwoordelijkheid en nog belangrijker, hoeveel van onze eigen individuele vrijheden zijn we bereid op te offeren voor dat collectieve belang? De veranderlijkheid van moraliteit bewijst dat er geen éne waarheid bestaat. Dogma’s hebben hun credibiliteit verloren. Leven en laten leven. Indoctrinatie moet plaatsruimen voor verdraagzaamheid ten opzichte van persoonlijke vrijheid. Niemand hoeft aan iemand iets op te leggen. Er is geen hogere autoriteit dan onze eigen moraal. Wij zijn de godheden die aan ons eigen sterfbed zullen oordelen over hoe zinvol wij ons leven hebben geleefd, zonder angst voor het vagevuur. De vraag is of dat ons sterker of zwakker maakt. 

Hoe moeilijk ook om iedereen die absolute zelfbeschikking te gunnen. Want wat jij ok vindt, vind ik misschien verwerpelijk. Want wat oordelen we toch graag. Wat spiegelen we mensen toch graag aan ons persoonlijk moreel kompas. Aan onze waarheid. Onze eigen eindige en arbitraire waarheid die we baseren op de waarden die wij hebben nagestreefd in onze eindige tijd. Die we baseren op het humanisme, de verlichting, de religie, de ideologie, de spiritualiteit… die ons het meest heeft aangesproken of die ons het hardst is ingehamerd in ons eigen modale willekeurige leven. Er wacht geen goddelijk vonnis meer, dus oordelen wij hier op aarde al. Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen.  

We gebruiken diezelfde leerstellingen trouwens niet enkel om te oordelen, maar ook om mensen op ons eigen ingeven op het juiste pad te helpen. Wat zien we graag hoe wij mensen weer in de juiste richting kunnen gidsen. Mensen die verloren zijn. Ons kompas vertelt het ons. De arme zielen hebben het niet begrepen. Onwetendheid is doodsoorzaak nummer één. De zalige onwetendheid van de dwaas. De onschuld van het kind. De kwetsbaarheid van het slachtoffer. De naïviteit van de bruut. Hapklare brokken voor de haaien van moraliteit. Maar opnieuw rijst de vraag: hebben we hierin een collectieve verantwoordelijkheid? Is het onze taak om mensen te wekken uit hun onwetendheid? Hebben we zelfs al maar het recht om hen daar op te wijzen? Mensen die zorgvuldig een illusie hebben geconstrueerd en daarin gedijen? Is het onze plicht om mensen te tonen waar het leven hen aan het bedriegen is? Heeft iedereen het recht om blind te zijn? 

 Voor wie hebben we ons leven dan geleefd, als niet voor onszelf?

Veel vragen en geen antwoorden. Maar dat hoort zo. De discussie van zingeving is er een die nooit afgerond zal zijn. Ze confronteert ons met onze eindigheid en de relativiteit van ons leven. Na jou gaat alles verder. De verschrikkelijke zinloosheid van ons bestaan. Onze sterfelijkheid neemt alleen onszelf mee naar het graf. Voor wie hebben we ons leven dan geleefd, als niet voor onszelf?

Dus wat te doen? We worden gebombardeerd met nieuwe moraliteit van mindfullness, life-quotes en insta-wisdoms. Algemene wijsheden die slim geformuleerd bij iedereen een gevoelige snaar raken en elke keer net op onze tijdlijn lijken te verschijnen als ze van toepassing zijn. @thinkingmindspage  en @wordstionary zijn de nieuwe bijbels. Influencers en twitterfilosofen de nieuwe profeten. Copy paste naar onze eigen profielen en prediken maar. Het zou hypocriet zijn om te doen alsof ik me er zelf nooit schuldig aan heb gemaakt. Woorden en meningen. Abstracta. Het zijn de bouwstenen van onze waarheid. Maar zo zelden de bouwstenen van onze waardigheid. Woorden zijn slechts een medium. Je waarheid preken volstaat niet. Je moet je waarheid leven. Zichtbaar. Tastbaar. Niet wat je zegt, maar wat je doet, zal mensen overtuigen om jouw waarheid te beluisteren. Wat die waarheid ook is. 




We zitten allemaal onder een vergrootglas. Wees waakzaam voor woorden die uitvergroot worden. Wees sterk in je daden zodat ze betekenis krijgen. Gebruik het vergrootglas om te kijken of het goed gaat met mensen. Niet om te zoeken waar ze botsen met jouw waarheid. Het mooiste wat mensen kunnen vaststellen als ze je onder hun loep nemen is je authenticiteit. Je echtheid. Dat wie je zegt te zijn ook echt is wie je bent. Daar kan geen hemel tegen op. Dat is de eerste waarde die je aan je kinderen meegeeft. Het grootste geschenk. Dat zijn in hun ouders de echtheid zien. Dat zij later niet moeten ontdekken dat ze gevormd zijn naar een waardenstelsel dat extrinsiek werd opgelegd. Want ook zij zullen hun kompas tegen het licht houden. 

Waar doen we het allemaal voor? Wat is het me waard, meer dan stiekeme woorden? 

Hoe bevrijd ik me van het vagevuur? Niet dat van na de dood, maar dat waarin we elke dag leven. Je leeft alleen in je hoofd. Vergeet dat nooit. Jouw perceptie is uniek. Niemand hoeft aan jou te zeggen wat jij moet vinden. Niemand hoeft de lijnen uit te tekenen van hoe jouw leven zogenaamd zinvol zal zijn.

Living the life

Ik las onlangs het verhaaltje “Rozies wens” voor aan mijn dochtertjes van vijf jaar. Voor het slapengaan. Over een roodborstje dat erg verveeld zit met wat alle andere dieren doen in het bos en alleen maar met zichzelf bezig is. Uiteraard komt Rozie tot inzicht en besluit ze dat ze het bij het verkeerde eind had. “Je mag helemaal jezelf zijn, maar het is ook fijn om rekening te houden met anderen.”, zo eindigt de fabel. Moraliserend. Akkoord. Maar toen een paar dagen later een van mijn dochtertjes aan haar  moeder repliceerde: “ik mag doen wat ik wil, want je mag zijn wie je wil!”, kon ik alleen maar trots zijn.

Lekker authentiek. Goed zo. Living the life.