woensdag 5 juli 2023

Reis

Haar benen zitten netjes opgeborgen.
De trein moet nog vertrekken.
Er zit al afscheid in haar blik.
Ze zoekt,
doorheen haar reflectie op het raam,
wie de droom is;
zij
of de wereld die zo naar verleden tijd zal glijden.

Haar vertrek staat als hoog onkruid,
als wilde seringen in bloei
die wuiven in zweem van zoete zomerwijnen.
- Elke reis is een beetje verdwijnen. -
Haar hand raakt het gezicht in het glas.
Wanneer het lege perron verdwenen is,
glimlacht ze pas.