Laat me vasthouden
met
mijn gebroken hart,
gebroken armen,
met mijn gebroken handen.
Laat me vasthouden.
Nog even.
Nog even jouw loslaten voelen.
Bij dageraad mogen de kaarsen uit.
Er liggen bloesemblaadjes op onze tafel.
Je glimlach wandelt door de tuin.
Nog even, dan laat ik de winter los.