Je slaat een brug met
woorden waarin je leeft.
Voorzichtig, over het verraderlijke drasland
dat ons verleden nu omgeeft.
We schrijden, schakel aan schakel,
jouw arm delicaat doorheen de mijne.
Breekbaar maar onoverkomelijk.
Verademen, verzuchten en weer verdwijnen.
We walsen, jij een pas dan
ik pas. Jij leidt de weg
terwijl de nacht vertraagt.
Je stem, als een baken, die
in stilte van winterwind mij
een sonnet van Neruda voordraagt.
(Schrijfatelier 02/02/2023 - Stijloefening; sonnet naar Neruda)