“Wéér nieuwe partij erbij”, kopt
de krant vandaag. De “weer” slaat uiteraard op het nieuws van 10 dagen geleden
toen er ook een nieuwe partij boven de doopvont werd gehouden. De laatste telg
uit het, ondertussen aan vooroorlogse snelheid aangroeiende, Tiense
bestuursgezin, zal ‘De Burgerbeweging’ heten. Een schisma binnen een schisma.
Afgescheurd van een groep die zichzelf al afscheurde. En achteromkijkend nog
wat verwijten gooien over de rechtse antipolitiek die de partij voert, waar je
jezelf tot voor kort trots lid van noemde.
Naast de zes traditionele
partijen, hebben nu dus “TienenPlus”, “Tienen Vooruit” en “De Burgerbeweging” ook
aangekondigd dat ze volgend jaar in oktober met een lijst naar de kiezers
zullen trekken. Voeg daaraan nog de underground beweging toe die zich aan het
roeren zou zijn rond ex-mandataris Grootjans, en we komen uit op maar liefst
tien lijsten waartussen we onze rode potloodstipjes zullen moeten verdelen.
Illustratief voor de verdeeldheid binnen het politieke landschap? Of magistrale
stunt van de stad om al het promomateriaal van “De Tien” een tweede leven in te
blazen? “Kandidaat burgemeesters? We zijn met z’n Tienen!” De slogans schrijven
zichzelf. Op alle badges van het project van ‘de Tien’, staat ironisch genoeg
te lezen “Graag méér Tienen”. Wel, hier hebben we alvast weer een tientje meer!
Versta me niet verkeerd; ik ben
geen politiek commentator en heb zelf allerminst politieke ambities. Noch heb
ik het kwaad voor met één van deze partijen of bewegingen, of met de mensen die er zich
achter scharen. Maar als neutrale en onafhankelijke toeschouwer, kan je,
behalve er om zitten zeuren, er enkel nog de schoonheid van de tragiek in
zien.
Na de monstercoalitie, die
zichzelf in een soort van hinkstapsprong in het zadel had geholpen, leek het
even of er een periode van rust zou aanbreken, na de luide implosie van de SPa.
Een implosie die trouwens nog niet helemaal uitgerookt leek, toen een aantal
weken geleden na de bekendmaking van de nieuwe lijsttrekker, er nog steeds
lieden het zinkend schip verlieten. De bij
aanvang verstoten coryfeeën moeten al die tijd in de coulissen handenwrijvend
hebben zitten wachten.
De leden van de meerderheid
moeten echter niet onderdoen. Over coryfeeën gesproken. Twee van de
meerderheidspartijen zagen respectievelijke stemmenkanonnen hun badge inruilen
voor een nieuw project en zullen intern een heleboel ‘boterhammen met choco’
moeten eten om opnieuw naar buiten te komen zonder een zweem van electorale
verzwakking mee te dragen. De Vlaamsgezinde derde hond die spreekwoordelijk op
de loer ligt, heeft ook boter op het hoofd omdat de door hen onderhandelde
mid-term stoelendans niet geheel vrijuit gaat in de trage ontmanteling van het
laatste legislatuurjaar. Een partij als Vlaams Belang, is, en dat is maar goed
ook, van zo’n marginaal belang tegenwoordig dat ze onzichtbaar blijven in dit
rondje tikkertje dat men aan het spelen is. De ecologisten van Groen, staan toe
te kijken en maken er voorlopig hun groene vingers nog niet aan vuil. Maar of
dat ook electoraal zal uitpakken, is maar afwachten.
Het lijkt er in ieder geval op
dat we na oktober 2018 met een zodanige versplintering van stemmen gaan
achterblijven dat een nieuwe periode van onbestuurbaarheid niet ondenkbaar is.
Niet alleen omdat er opnieuw een akkoord zal moeten gevormd worden tussen de
traditionele partijen, maar vooral omdat de nieuwe spelers stuk voor stuk op de
Trumpiaanse bandwagon zijn gesprongen die onder het mom van het “afstraffen van
de oude politieke elite” hun achterban nu reeds beloftes aan het toeroepen zijn.
Indien het woord ‘populisme’ niet zo ‘populistisch’ was zou het hier niet
geheel misplaatst zijn. In die veelheid eenheid creëren lijkt een bij voorbaat
verloren slag. Behalve voor hen die hun Pyrrusoverwinning zullen durven verkopen
als de stem van de democratie. In de periode van 235n.C. tot 275n.C. werden er
in het Romeinse Imperium maar liefst 37 keizers uitgeroepen. Het zou het begin
aankondigen van de bestuurlijke decentralisatie die aan de grondslag zou liggen
voor de val van het Rijk. Zonder eenheid in bestuur, is het rijk ten dode
opgeschreven.
En dat brengt ons tenslotte
naadloos bij de enthousiaste veulens die zich onder ronkende namen als Plus,
Vooruit en Burgerbeweging, vrij van kleur en banden, als stem van het volk opwerpen.
Zij die niet langer willen besturen onder het juk van een Federale of Vlaamse
stiefmoeder, zij die niet om postjes en deals geven. De stem van de man in de
straat. De stem van de burger. Er is in onze stad nog nooit zoveel gegoocheld
met het woord ‘burger’. Burgerparticipatie, burgerinitiatieven, burgerforum, ….
: a-politiek, vrijwillig en zonder commerciële belangen. En hier pleit ik ook
schuldig. Ook ik ben mezelf zo’n actieve burger gaan noemen. Betrokken in
initiatieven die de stad ten goede komen. Werkend in een nieuw netwerk van
stadsgenoten die het, net zoals ik, goed voorhebben met de stad. Allemaal
zonder politieke motieven. En dat is misschien juist de sleutel. Het getuigt
namelijk van een niet mis te verstane pretentie om een politieke beweging te
creëren, - en elke groep die met een lijst naar de stembus trekt, is per
definitie een politieke beweging - , die het lef heeft om te beweren dat ze
louter in naam van de burger spreekt. En als dat zo is, waarom hebben we dan al
3 verschillende zulke partijen? Als ze allen kleurloos zijn, waarom hebben ze
elkaar dan niet met gesloten ogen gevonden, als ideologische broeders in strijd
tegen het establishment? Waarom hebben de talloze burgerinitiatieven die onze
stad rijk is, zich nog niet juichend geschaard achter deze figuren? En is het
niet erg paradoxaal dat deze nieuwe tendens die wil afrekenen met de oude
politieke cultuur, gedragen wordt door mensen die al decennia lang met veel
overtuiging voor hun partij hebben dienst gedaan? Dat ruikt toch vaag naar
carrièrisme. Waarom zijn het geen
nieuwe, maagdelijke gezichten, die onbevlekt hun geloofwaardigheid niet zouden
moeten verdedigen? Heel eenvoudig. Politiek is een stiel. Een schone stiel.
Maar die is en blijft politiek.
Over een jaar tijd weten we
misschien meer. Misschien bent u ondertussen ook al met een nieuwe partij
begonnen. Maar als we met deze tien kandidaten overblijven, zal het volk,
voldaan van brood en spelen, toekijken hoe zij de arena betreden en luid
scanderen: “Hier komen ze: De Tien! De Tien! De Tien!” En nederig zullen zij
hun electoraat begroeten: “Zij die gaan sterven, groeten u.”